Aandeelhouder zet rem op verrijking top
Ondernemingsraden die zich hard maken voor een eerlijker beloningsbeleid binnen de organisatie, krijgen steeds vaker bijval van de aandeelhouders. Aandeelhouders verwerpen steeds vaker het voorgestelde beloningsbeleid voor de top van de organisatie.
Een wetswijziging begin dit jaar heeft de invloed van aandeelhouders op het beloningsbeleid vergroot. Steeds vaker verwerpen aandeelhouders het voorgestelde beloningsbeleid. Het gevolg daarvan is dat organisaties hun beloningsbeleid voor de top nu vaker moeten herzien. Dat betekent dat het bestaande beleid van kracht blijft en de organisatie het jaar erop weer een nieuw voorstel kan presenteren aan de aandeelhouders.
Aandeelhouder stemt tegen of verwerpt beloningsbeleid
Sinds de wetwijziging moet 75% van de aandeelhouders akkoord gaan met het beloningsbeleid bij de volgende algemene vergadering van aandeelhouders (ava). Eerder ging dat nog om een meerderheid van 50% plus 1. Ook moeten de aandeelhouders stemmen over het verslag met de onderbouwing voor het beloningsbeleid.
Voorbeelden van organisaties waar het beloningsbeleid onlangs niet op een meerderheid van stemmen kon rekenen in de aandeelhoudersvergadering of zelfs volledig werd verworpen, zijn: informatieleverancier Wolters Kluwer, chipbedrijf Besi en olieplatformbouwer SBM Offshore, metaalproducent AMG. AMG lukte het bijvoorbeeld niet om een meerderheid voor zijn beloningsbeleid te krijgen. Ruim 51% stemde tegen. Bovendien werd het zogenoemde remuneratierapport over 2019 weggestemd. In zo’n rapport verklaart de organisatie hoe de gegeven beloningen dat jaar tot stand zijn gekomen. Volgens de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) is dat eerder nog nooit gebeurd.
OR moet beloningsverschillen bespreken met bestuurder
Ook de OR heeft invloed op het beloningsbeleid van de organisatie. Zo moet de OR instemmen met het beloningssysteem (artikel 27, lid 1c van de Wet op de ondernemingsraden). Daarnaast is de OR sinds 1 januari 2019 wettelijk verplicht om de beloningsverschillen minimaal eenmaal per jaar met de bestuurder te bespreken tijdens de overlegvergadering (artikel 23, lid 2 WOR). Deze verplichting geldt voor ondernemingsraden van een organisatie waar ten minste 100 werknemers werkzaam zijn. De bestuurder was al verplicht om de OR te voorzien van informatie over de beloningsverhoudingen binnen de organisatie (artikel 31d, lid 1 WOR). Bij grote bv’s en nv’s (zogeheten structuurvennootschappen) heeft de OR op grond van de wet een versterkt aanbevelingsrecht voor een derde van het aantal leden van de raad van commissarissen (RvC) (artikel 2:158 lid 6 BW). De leden van de RvC nemen ook automatisch plaats in de zogenoemde remuneratiecommissie. Deze commissie adviseert de RvC over salarisverhogingen en arbeidsvoorwaarden.