Hoe ver gaat de invloed van de PVT?
In organisaties tot 50 werknemers kan een bestuurder zijn werknemers inspraak geven via een personeelsvertegenwoordiging (PVT). Soms is het instellen van een PVT zelfs verplicht. De PVT heeft meer bevoegdheden dan de personeelsvergadering (PV), maar minder dan de ondernemingsraad (OR). Waarin zit het verschil?
Kleinere organisaties (tot 50 werknemers) hebben meestal geen ondernemingsraad (OR). Tenzij er in de cao een instellingsplicht staat of de bestuurder vrijwillig een OR instelt. Ook als er geen OR is, hebben werknemers in een kleine organisatie medezeggenschapsrechten (artikel). De bestuurder kan de werknemers in een kleinere organisatie inspraak geven via een halfjaarlijkse personeelsvergadering (artikel 35b WOR) of hij kan een personeelsvertegenwoordiging instellen (artikel 35c WOR). Dit is hij verplicht als de meerderheid van de werknemers hierom vraagt.
Spelregels PVT komen overeen met die voor OR
De PVT moet uit minimaal 3 werknemers bestaan, die door middel van een geheime schriftelijke stemming door de werknemers worden gekozen. Net als voor OR-leden geldt voor PVT-leden dat zij:
- namens de werknemers de overlegpartner van de bestuurder zijn;
- recht hebben op alle informatie die zij voor hun taak nodig hebben;
- recht hebben op scholing;
- onder werktijd mogen vergaderen en overleg met anderen voeren vergaderen (toolbox);
- bescherming tegen benadeling (artikel) en ontslagbescherming genieten;
- zich moeten houden aan de geheimhoudingsplicht (infographic);
- in overleg met de bestuurder een commissie (infographic) mogen instellen;
- een (externe) deskundige mogen inschakelen (infographic).
PVT heeft minder bevoegdheden dan OR
Ook al functioneert de PVT in grote lijnen net als de OR, de PVT heeft duidelijk minder bevoegdheden dan de OR (artikel). Zo is het instemmingsrecht van de PVT beperkt tot de arbeids- en rusttijdenregeling en regelingen die betrekking hebben op de arbeidsomstandigheden, het ziekteverzuim of het re-integratiebeleid. Ook het adviesrecht van de PVT werkt anders dan bij de OR. De PVT heeft alleen adviesrecht bij besluiten die belangrijke gevolgen hebben voor minimaal 25% van de werknemers, zoals een wijziging van de arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden of ontslag om bedrijfseconomische redenen. Dient de bestuurder zijn adviesaanvraag niet op tijd in, dan kan de PVT beroep aantekenen bij de kantonrechter.
Uitbreiding inspraakrechten PVT bij pensioen
De PVT heeft daarnaast recht op informatie over de algemene gang van zaken binnen de onderneming. De bestuurder mag deze informatie zowel schriftelijk als mondeling aan de PVT verstrekken. Dit gebeurt in de regel tijdens de overlegvergadering. Alleen informatie over de pensioenregeling moet de bestuurder schriftelijk verstrekken. Voorwaarde is dat de pensioenregeling van toepassing is op minimaal 25% van de werknemers en de bestuurder hier zelf besluiten over kan nemen (dus niet als de pensioenregeling is vastgelegd in de cao).