Werken met gevaar voor eigen leven? Niet doen!
Werknemers kunnen ook zelf besluiten om te stoppen met het uitvoeren van hun werkzaamheden omdat ze de situatie te gevaarlijk vinden. Ze moeten daarover wel de werkgever informeren. Ook kunnen ze maar beter de OR inlichten.
Op grond van artikel 29 van de Arbowet hebben ook werknemers het recht om het werk (of een deel daarvan) stil te leggen als zij vinden dat het te gevaarlijk is om door te werken. Als ze bijvoorbeeld van mening zijn dat er een heel groot risico is op val- of knelgevaar op hun werkplek, kunnen ze ervoor kiezen om het werk neer te leggen. Zij moeten wel bij de werkgever of hun leidinggevende melden dat ze het werk stilleggen en waarom ze dat doen. De werkgever kan hen niet verplichten om weer aan de slag te gaan. De werknemers kunnen zich beroepen op hun recht op werkonderbreking op basis van de Arbowet.
Geen loon bij onterecht werk neerleggen
Als werknemers het werk zelf neerleggen omdat ze de werksituatie onaanvaardbaar vinden, moeten zij de werkgever en Inspectie SZW hiervan op de hoogte stellen. De werkgever kan dat ook doen. Er komt dan een inspecteur langs, die onderzoekt of de werknemers het werk terecht hebben gestaakt. Als de inspecteur oordeelt dat de stillegging van het werk onterecht was, vervalt op dat moment het recht op voortzetting van de werkonderbreking en moeten de werknemers gewoon weer aan het werk. Officieel hebben werknemers die onterecht het werk neerleggen geen recht op loon.
Instrument voor medezeggenschap
De ondernemingsraad (OR) of personeelsvertegenwoordiging (PVT) kan artikel 29 van de Arbowet ook gebruiken om werknemers aan te zetten tot actie bij zorgen over hun werksituatie. Op deze manier kunnen ze de werkgever aardig onder druk zetten. De medezeggenschap zal er ook op letten of de werkgever werknemers die hun werk onderbreken niet benadeelt, bijvoorbeeld door stopzetting van de loonbetaling of dreiging met ontslag. Ook als de inspecteur oordeelt dat er geen sprake is van een overtreding, mag de werkgever de werknemers op geen enkele manier benadelen.