U bent hier

OR & Medezeggenschap
Ontslag ex-voorzitter COR terecht

Ontslag ex-voorzitter COR terecht

Het ontslag van ex-voorzitter van de centrale ondernemingsraad (COR) van de Nationale Politie Frank Giltay was terecht. Dat oordeelde de rechtbank Midden-Nederland. Volgens de rechtbank was er geen sprake van een incident, maar van structureel niet-integer handelen.

De voormalig voorzitter van de COR van de politie vocht zijn ontslag aan, maar werd in het ongelijk gesteld. De rechter stelde dat de voorzitter structureel niet-integer handelde en dat er geen sprake van een incident. Hoewel de voorzitter het jaarlijkse budget van € 1,5 miljoen naar eigen inzicht mocht besteden en de korpsleiding slechts gebrekkig toezicht hield, had de voorzitter integer en met moreel besef moeten handelen. De voorzitter van de COR van de politie had immers een gezichtsbepalende functie en was daarmee een boegbeeld. Van de voorzitter mocht worden verwacht dat hij zuinig zou zijn.

Onderzoek bewijst buitensporige uitgaven COR

Naar aanleiding van berichten over mogelijk ongeoorloofde uitgaven en over onduidelijkheden over het budget en de begroting van de COR, startte de korpsleiding een onderzoek naar de bestedingen van de COR en de rol van de voorzitter. De rechtbank stelt dat uit dit onderzoek blijkt dat de gemaakte verwijten bijna allemaal terecht blijken te zijn. Zo heeft de voormalig voorzitter bonnen en facturen aangepast, buitensporig dure evenementen georganiseerd, geld opgenomen met de creditcard van de politie en zijn partner tegen de regels in meegenomen op een dienstreis naar Curaçao. Wat de rechtbank niet bewezen acht, is of de 198 flessen Prosecco die de voorzitter op zijn thuisadres liet bezorgen, zijn gekocht voor privégebruik in plaats van als relatiegeschenk.

Onderzoek naar fraude door voorzitter COR loopt nog

Het Openbaar Ministerie (OM) buigt zich nog over de verdenkingen van valsheid in geschrifte, oplichting, verduistering en ambtelijke omkoping. De inhoudelijk behandeling van deze strafzaak zou plaatsvinden in september. Dit liep echter vertraging op omdat de voormalig voorzitter wisselde van advocaat. Ook verzocht de nieuwe raadsman de rechtbank om nieuwe getuigen te horen. Dat verzoek werd goedgekeurd.
Rechtbank Midden-Nederland, 4 november 2019, ECLI (verkort): 5126