Sectorpremies dalen in 2019 en verdwijnen per 2020
Voor het vijfde jaar op rij daalt de gemiddelde WW-premie die werkgevers moeten betalen, zo meldt UWV. Dat de sectorpremie in 2019 (fors) daalt, komt deels doordat volgend jaar voor het laatst wordt gewerkt met deze premievorm.
UWV heeft de nota Premievrijstelling sectorfondsen 2019 (pdf) gepubliceerd, met daarin de sectoraal gedifferentieerde premies voor 2019. De gemiddelde sectorpremie daalt flink: van 1,28% in 2018 naar 0,77% in 2019. 48 sectoren krijgen te maken met een lager premiepercentage. Het instituut noemt als redenen hiervoor de aanhoudende gunstige economische vooruitzichten – die ervoor zorgen dat er minder WW-uitkeringen betaald hoeven te worden – en het plan voor de beëindiging van de sectorpremies (en sectorfondsen) per 1 januari 2020. Desondanks is er in het laatste jaar van de sectorpremies in 13 sectoren juist sprake van een stijging van de premie. De grootste premiestijgingen doen zich voor in de sectoren verzekeringswezen, uitgeverij en railbouw. Daarnaast blijft er in één sector, de visserij, het premiepercentage onveranderd.
WAB introduceert nieuw systeem voor WW-premie
2019 is waarschijnlijk het laatste jaar waarin het huidige systeem van sectorale premiedifferentiatie wordt gehanteerd. Het kabinet regelt namelijk in het wetsvoorstel Arbeidsmarkt in balans (WAB) dat per 1 januari 2020 de hoogte van de WW-premie gaat afhangen van de contractduur. Werkgevers gaan een lagere WW-premie betalen voor werknemers met een vast contract dan voor werknemers met een flexibel contract. Voor de lagere WW-premie moeten zij aan diverse eisen voldoen.
De wijziging is nog niet helemaal zeker omdat de Tweede en Eerste Kamer nog moeten stemmen over de WAB. UWV en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben wel alvast afgesproken de sectorpremies voor 2019 zo laag mogelijk vast te stellen. Het vermogen in de sectorfondsen dat overblijft na 2019, gaat over naar het Algemeen Werkloosheidsfonds.