Effect no-riskpolis arbeidsbeperkten moet omhoog
De no-riskpolis is één van de instrumenten om werkgevers over de streep te trekken iemand met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Werkgevers blijken echter onvoldoende op de hoogte zijn van het bestaan van de regeling. Dat blijkt uit een onderzoek naar het effect van de no-riskpolis.
In een kamerbrief heeft minister Koolmees van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de resultaten van een onderzoek naar de effectiviteit van de no-riskpolis bekendgemaakt. Uit het Eindrapport effectiviteit no-riskpolis (pdf) blijkt dat 25% van de werkgevers aangeeft dat de no-riskpolis een reden was om iemand met een arbeidsbeperking aan te nemen. De conclusie is dat de effectiviteit vergroot moet worden. De regeling is bedoeld om de arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidshandicap te vergroten. Om werkgevers te stimuleren deze mensen in dienst te nemen, wordt de werkgever financieel gecompenseerd voor de loondoorbetaling als de arbeidsbeperkte uitvalt door ziekte.
Effect groter bij begeleiding van jobcoach
Het verbeteren van de effectiviteit moet gebeuren door de bekendheid van de regeling bij werkgevers en bij werknemers te vergroten. Belangrijke informatiebronnen hierbij zijn de werknemer of sollicitant zelf, en derde partijen zoals UWV of een uitzendbureau of andere bemiddelaar. Slechts 18% van de ondervraagde werkgevers gaf aan het doelgroepregister van UWV (tool) te raadplegen om zich te informeren. Van de werknemers weet slechts 16% dat zij onder de no-riskpolis vallen en kunnen dit dus doorgeven aan de werkgever. De effectiviteit van de no-riskpolis bij het in dienst nemen van sollicitanten is gemiddeld hoger als deze wordt ingezet samen met andere instrumenten. De no-riskpolis in combinatie met een externe jobcoach is het meest effectief volgens werkgevers.
Arbeidsbeperkte moet zelf informeren
Maatregelen om de effectiviteit van de no-riskpolis te vergroten, zullen worden gericht op werknemers en werkgevers. De minister heeft afgesproken dat UWV de mensen die zij beoordeelt en die tot de doelgroep behoren, hierover mondeling en schriftelijk informeert. Daarnaast laat de minster een ‘bijsluiter’ ontwikkelen waarin de werkzoekende zelf kan zien welke regelingen op hem van toepassing zijn. Ook de bekendheid van de werkgever met de regeling moet verbeterd worden. UWV gaat naar aanleiding van eerder, eigen onderzoek de mogelijkheden hiervoor inventariseren.