Wat betekenen nieuwe wetten voor UWV-premies?
In de Juninota 2016 van UWV staan de ontwikkelingen in de sociale verzekeringen op een rijtje. De nota geeft bovendien een overzicht van nieuwe wet- en regelgeving die van invloed is op de ontwikkeling van de sociale premies en uitkeringen.
Nederland krabbelt er – economisch gezien – langzaam weer bovenop. Dat betekent dat steeds minder mensen een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW) krijgen. Daarnaast daalt het totaal aantal arbeidsongeschikten en ook het aantal mensen dat gebruikmaakt van een faillissementsuitkering van de WW. Dit blijkt uit de Juninota 2016 van UWV (pdf).
Ontwikkelingen in sociale premies en uitkeringen
Naast de herstellende economie spelen een aantal nieuwe wetten een rol in de ontwikkelingen van de sociale premies en uitkeringen. Het gaat onder meer om de volgende wetten:
- Wet werk en zekerheid (WWZ)
Het ontslagrecht is per 1 juli 2015 herzien, het begrip passende arbeid in de Ziektewet (ZW) en WW is herzien en de opbouw en maximale duur van de WW-uitkering (e-learning) wordt stapsgewijs beperkt tot 24 maanden per 2019. - Participatiewet
Zo veel mogelijk mensen moeten aan het werk, ook als ze een arbeidsbeperking hebben. Daartoe heeft de Participatiewet per 1 januari 2015 de Wet werk en bijstand, Wet sociale werkvoorziening en een deel van de Wet Wajong vervangen. - Beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (BEZAVA)
Grote en middelgrote werkgevers krijgen de kosten voor uitkeringen op grond van de ZW en Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) sinds 1 januari 2014 (deels) direct doorbelast. - Verhoging AOW-leeftijd
De AOW-leeftijd is sinds 2013 geleidelijk aan het stijgen, totdat hij in 2021 op 67 jaar ligt. Hierdoor lopen uitkeringen van UWV steeds langer door. - Wet modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden
Als een moeder bij of na de bevalling overlijdt, gaat de uitkering op grond van het bevallingsverlof sinds 1 januari 2015 over op de achterblijvende partner. - Wet werken na AOW-gerechtigde leeftijd
Als doorwerkende AOW’ers ziek worden, hoeft de werkgever sinds 1 januari 2016 het loon maximaal 13 weken door te betalen. Als een AOW’er in die 13 weken ziek uit dienst gaat, krijgt hij voor de resterende periode een ZW-uitkering van UWV. Sinds 1 juli 2016 wordt die uitkering op de werkgever verhaald. - Wet verbetering hybride markt WGA
Per 1 januari 2017 worden de verzekeringen voor WGA-vast en WGA-flex samengevoegd. Als een werkgever eigenrisicodrager wordt voor de WGA, blijven per die datum de zogenoemde staartlasten achter bij UWV.