Geen melding van ziekte? Boete van UWV!

In diverse situaties waarin een werknemer ziek is, moet de werkgever bij UWV een melding maken van de ziekte. Werkgevers die niet of te laat de informatie doorgeven aan UWV, kunnen een boete krijgen.

In de Ziektewet zijn meerdere meldingsplichten opgenomen voor werkgevers. Zo moet de werkgever UWV benaderen als het dienstverband van een zieke, tijdelijke werknemer eindigt. Dit doet hij op de laatste werkdag. Een melding bij UWV is ook nodig als een werknemer 42 weken ziek is (tool). De werkgever moet dan uiterlijk op de eerste dag na die 42e week contact opnemen met het instituut. Daarnaast bestaat er onder meer een meldingsplicht bij ziekte door zwangerschap of bevalling en bij ziekte van werknemers met fictief dienstverband (tool). De werkgever doet zo’n melding uiterlijk op de vierde ziektedag. En meldt een werknemer met ZW-uitkering dat hij hersteld is, dan geeft de werkgever dit uiterlijk binnen twee dagen door aan UWV.

Onder omstandigheden geen of lagere boete

Voor het niet nakomen van een meldingsplicht uit de Ziektewet legt UWV een boete op. Deze boete volgt ook als de werkgever te laat is met zijn melding, of als in de melding de data van ziekte of herstel niet kloppen. De boete bedraagt maximaal € 455. Is een werkgever niet verwijtbaar, dan kan UWV besluiten geen boete op te leggen of deze te minderen. Nadere regels hierover staan in de Beleidsregel boete werkgevers ZW, die per 1 april 2017 in werking treedt. De Beleidsregel gaat specifiek in op digitale meldingen via Digipoort of de verzuimmelder. Als een werkgever bijvoorbeeld zijn melding te laat verstuurt door een storing in Digipoort of de verzuimmelder, maar alsnog binnen een dag melding maakt nadat de storing is verholpen, krijgt hij geen boete. Ook werkgevers die een ziekuitdienstmelding op de werkdag na de laatste werkdag doen, zijn niet verwijtbaar te laat.