Buitenlandse BTW vóór 1 oktober terugvragen
Heeft u BTW betaald in een andere lidstaat van de Europese Unie (EU), dan kunt u deze BTW bij de Nederlandse Belastingdienst terugvragen. Het verzoek om BTW-teruggaaf moet u dan vóór 1 oktober a.s. indienen.
In de BTW-aangifte kunt u als BTW-ondernemer (tool) BTW in aftrek brengen. Buitenlandse BTW mag u echter niet in aftrek brengen in deze aangifte. Om de buitenlandse BTW (tool) toch terug te krijgen kunt u zich in het betreffende land aanmelden als BTW-ondernemer en daar BTW-aangifte doen. Een andere optie is dat u de buitenlandse BTW terugvraagt via de Nederlandse Belastingdienst. Dit verzoek dient u in via een speciale internetsite van de fiscus. De fiscus zorgt er dan voor dat uw verzoek bij de desbetreffende buitenlandse belastingdienst aankomt.
Vóór 1 oktober 2016 BTW-teruggaafverzoek indienen
Als u een teruggaafverzoek indient, moet u voldoen aan enkele voorwaarden. Uw onderneming moet in Nederland zijn gevestigd, u heeft in het EU-land waar u BTW terugvraagt geen BTW-aangifte gedaan en u gebruikt goederen en diensten voor BTW-belaste activiteiten. U moet vóór 1 oktober 2016 een verzoek bij de Belastingdienst indienen voor een teruggaaf van de buitenlandse BTW over 2015.
Voor teruggaaf BTW zijn drempelbedragen van toepassing
Bij dit verzoek moet u rekening houden met drempelbedragen. Het drempelbedrag is afhankelijk van het moment waarop u om de teruggaaf verzoekt. Vraagt u de buitenlandse BTW direct terug na afloop van het jaar, dan moet het BTW-bedrag ten minste € 50 zijn. Als u een verzoek indient gedurende het kalenderjaar, moet het gaan om een periode van tenminste drie maanden en moet het BTW-bedrag minimaal € 400 zijn. Bij lagere bedragen kunt u de BTW wel terugvragen, maar dan beslist het EU-land of uw verzoek in behandeling wordt genomen.