Beslagvrije voet 2017 € 1.263,58
Per 1 januari 2017 is de maandelijkse beslagvrije voet voor echtparen vanaf 21 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd gestegen van € 1.256,34 naar een bedrag van € 1.263,58. Voor alleenstaanden met of zonder kinderen is de beslagvrije voet in de eerste helft van 2017 gestegen naar € 884,51.
Als uw organisatie te maken krijgt met loonbeslag kan de deurwaarder nooit beslag leggen op het volledige salaris van de werknemer. Het deel dat over blijft is de beslagvrije voet, oftewel het deel van het loon dat de werknemer mag houden voor levensonderhoud en vaste lasten. De beslagvrije voet is minimaal 90% van de bijstandsnorm inclusief vakantiebijslag (tool). Net als bij de bijstand is de hoogte van de beslagvrije voet dus afhankelijk van de leeftijd, huwelijkse staat en gezinssituatie van de werknemer.
Recentste tarieven beslagvrije voet
De beslagvrije voet wordt ieder half jaar geïndexeerd. In de onderstaande tabel staan de recentste tarieven. Per 2018 zal de berekening van de beslagvrije voet wijzigen. Hoewel het eigenlijk de bedoeling was om de nieuwe rekenmethode voor de beslagvrije voet bij loonbeslag in te voeren per 1 januari 2017, is de invoeringsdatum op Prinsjesdag 2016 opgeschoven naar 1 januari 2018. De regering gebruikt deze extra tijd om de wijzigingen goed te implementeren in de wet- en regelgeving.