Invoer gebruikte Bentley niet EU-proof

De regels voor de invoer van gebruikte auto’s voldoen niet aan het Europese recht. Voor de berekening van de vermindering van de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (BPM) moet u de inkoopwaarde in gebruikte staat afzetten tegen de verkoopwaarde in nieuwstaat (consumentenprijs). Dit heeft Rechtbank Arnhem recent bepaald.

Bij de invoer in Nederland van gebruikte auto's moet u BPM betalen. De auto is al in gebruik genomen, dus u mag een vermindering op de BPM toepassen. Voor de bepaling van deze vermindering moet u de inkoopwaarde in gebruikte staat afzetten tegen de inkoopwaarde in nieuwstaat. Het ging in deze zaak om een groothandelaar die zich bezig hield met de in- en verkoop van gebruikte auto's. De groothandelaar kocht auto's in Duitsland en verkocht ze vervolgens door aan afnemers in Nederland. Op 11 juni 2010 was aangifte BPM gedaan voor de registratie van een gebruikte Bentley. Tegen de berekening van deze BPM was bezwaar gemaakt. Rechtbank Arnhem moest uiteindelijk bepalen of de berekening van de hoogte van de BPM juist was.

Strijd met het Europees recht

De groothandelaar was van mening dat ze bij de invoer van een gebruikte auto meer BPM betaalde dan de belasting die rust op een vergelijkbare auto die in Nederland is geregistreerd. Dit was volgens de ondernemer in strijd met een uitspraak van het Europese Hof van Justitie uit 2001. De rechtbank kon zich vinden in de argumenten van de groothandelaar. Bij toepassing van de huidige regels kon de BPM op een buitenlandse auto hoger zijn dan de BPM op een vergelijkbare geregistreerde auto in Nederland. Dit was volgens de rechtbank in strijd met het Europese recht. Voor de berekening van de vermindering van de BPM moest de groothandelaar de inkoopwaarde in gebruikte staat afzetten tegen de verkoopwaarde in nieuwstaat (consumentenprijs).
Rechtbank Arnhem, 11 januari 2011, LJN:  BP0702