OR helpt bij sollicitaties en inzien Facebook

Als werkgever kan het onverstandig zijn om de Facebook- of Hyvesprofielen van sollicitanten bekijken. Voor de sollicitanten voelt het als een inbreuk op hun privacy en in sommige gevallen nemen ze de baan zelfs minder snel aan. Dan loopt de werkgever misschien wel een goede kandidaat mis. Als OR is het daarom goed om het aanstellingsbeleid eens tegen het licht te houden en te inventariseren hoe er precies wordt geworven.

Uit Amerikaans onderzoek blijkt dat veel werkgevers tegenwoordig het LinkedIn-, Facebookprofiel of Twitteraccount van een sollicitant in de sollicitatieprocedure betrekken om zo meer te weten te komen over een kandidaat. Wat zij hier zien, kan een belangrijke rol spelen bij de beslissing om een kandidaat wel of niet aan te nemen. Zo geeft de helft van de werkgevers aan dat spelfouten op het sociale media profiel van een sollicitant een negatieve invloed heeft op het beeld dat zij van de kandidaat hebben. Het ‘bespieden’ van sollicitanten via sociale media gaat behoorlijk ver. Er zijn zelfs werkgevers die aan hun stagiairs vragen of zij een vriendschapsverzoek via Facebook willen sturen naar een potentiële werknemer.

Inzien Facebook tast privacy sollicitant aan

Wilt u het imago van de organisatie op pijl houden, dan is het verstandig om de manier van werven goed in de gaten te houden. In artikel 27 lid 1e van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) vindt u het instemmingsrecht bij een regeling op het gebied van het aanstellingsbeleid. Hieronder vallen ook regelingen op het gebied van sollicitatieprocedures en de sollicitatiecode. Wijs de bestuurder daarom op de Sollicitatiecode (pdf) van de Nederlandse Vereniging voor Personeelsmanagement & Organisatieontwikkeling (NVP). Bij onderdeel 5.1 vindt u de voorschriften voor het gebruik van derde of andere bronnen, zoals websites.