Einde urencriterium voor zelfstandigenaftrek
Het einde van het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek is in zicht. De motie is al aangenomen door de Tweede Kamer, maar is voorlopig nog niet van kracht. In 2012 moet een zelfstandig ondernemer nog 1.225 uur besteden aan zijn onderneming om fiscaal voordeel te genieten. Momenteel vindt er dan ook onderzoek plaats of het urencriterium plaats kan maken voor een ander criterium. Dit kan voor startende, kleine en deeltijdondernemers een voordeel betekenen.
Zelfstandig ondernemers voor de inkomstenbelasting kunnen in aanmerking komen voor bepaalde fiscale voordelen, zoals de zelfstandigenaftrek, de startersaftrek en de meewerkaftrek. Voorwaarde is wel dat zij aan het urencriterium voldoen. De zzp'er moet dus jaarlijks meer dan 1.225 uur in zijn onderneming steken. Vooral voor kleine ondernemers is deze grens erg hoog gegrepen. Vaak hebben zij naast hun onderneming ook een deeltijdbaan waardoor zij de grens van 1.225 uur niet halen. Zij moeten namelijk meer dan 50% van hun totale arbeidstijd besteden aan de onderneming. Werkt een zzp'er ook in loondienst, dan moet hij er voor zorgen dat deze werkzaamheden niet de overhand krijgen. Bovendien komt er ook nog een grote administratieve last bij, omdat de zzp'er zijn gewerkte uren voor de onderneming bij moet houden.
Vervangen door omzetcriterium
Het voorstel om het urencriterium af te schaffen voor de zelfstandigenaftrek en te vervangen door een omzetcriterium met een glijdende schaal lijkt een goede optie. Maakt een ondernemer bijvoorbeeld meer dan € 8.000 omzet dan heeft de ondernemer recht op de volledige zelfstandigenaftrek en de helft daarvan bij een omzet tot € 4.000.