Handtekening onder overeenkomst niet nodig
Zodra u akkoord gaat met een schikkingsvoorstel met de Belastingdienst, geldt dit als een overeenkomst. Hierbij is het niet per se vereist dat deze schriftelijk is, laat staan ondertekend. Bovendien kan de overeenkomst ook gelden voor het deel van het voorstel waarover overeenstemming is bereikt. Dat speelde pas in een zaak waarin Rechtbank Haarlem uitspraak deed.
Als uw onderneming het oneens is met de Belastingdienst over bijvoorbeeld een naheffingsaanslag, kunt u proberen om een schikking te treffen met de inspecteur. De bv in bovengenoemde rechtszaak deed dit ook, nadat de Belastingdienst een aantal naheffingsaanslagen had opgelegd op basis van een boekenonderzoek. Het ging hierbij om een naheffingsaanslag loonbelasting/premie volksverzekeringen vanwege belastbare voordelen bij de uitgave van werknemersaandelen in de periode 2003 tot en met 2005. De bv had geen zin in een eindeloze discussie, dus deed een schikkingsvoorstel aan de inspecteur die hiermee grotendeels akkoord ging. De bv nam de opmerkingen van de inspecteur mee bij het opstellen van een concept-vaststellingsovereenkomst. In dit document nam zij echter ook een voorstel op over werknemersaandelen die in 2007 en 2008 waren verstrekt. De inspecteur ging vervolgens telefonisch akkoord met de overeenkomst, maar expliciet niet met het voorstel over de aandelenuitgifte in 2007 en 2008. Ook legde hij een aantal naheffingsaanslagen en een boete op die in de concept-overeenkomst waren overeengekomen.
Overeenkomst was vormvrij
Vervolgens ging de bv in bezwaar en beroep over de naheffingsaanslagen. Volgens haar was er namelijk nog geen volledig akkoord. De rechter dacht daar anders over. Hij vond dat er door de briefwisseling wel degelijk een akkoord bereikt was over de naheffingsaanslagen over de periode 2003 tot en met 2005. Dat er nog onenigheid bestond over de periode 2007 tot en met 2008 was hierbij niet van belang. Dit had namelijk geen gevolg voor de naheffingsaanslagen waarover al wel een compromis was bereikt. Dit compromis was volgens de rechter overigens gewoon geldig, omdat aan de vorm van een vaststellingsovereenkomst geen voorwaarden zijn verbonden. De boete ging wel omlaag, omdat het onredelijk lang had geduurd totdat de aanslagen waren opgelegd.