Huur aftrekbaar bij werkkamer in huurwoning
Als een ondernemer voor de inkomstenbelasting zijn onderneming vanuit de werkruimte van zijn huurwoning uitoefent, kan hij het huurrecht aanmerken als ondernemingsvermogen. De huisvestingskosten van de huurwoning zijn dan dus aftrekbaar. Er moeten dan wel kosten voor het privégebruik van de woning worden bijgeteld. Dit heeft de Hoge Raad onlangs bepaald.
In deze zaak draaide het om een ondernemer die werkzaam was in de bouw. Werkzaamheden als acquisitie, plannen van werkzaamheden en het bijhouden van de administratie werden door hem verricht vanuit de werkkamer van zijn huurhuis. De ondernemer rekende het huurrecht tot zijn ondernemingsvermogen. Zijn werkkamer besloeg minimaal 10% van het woonoppervlak. In zijn aangifte inkomstenbelasting 2010 had hij het volledige bedrag van € 9.835 aan huisvestingskosten afgetrokken van de winst en een bedrag van € 2.700 als onttrekking voor privégebruik bijgeteld.
Huurrecht kan worden aangemerkt als ondernemingsvermogen
De rechtbank en het hof oordeelden dat het huurrecht geen bedrijfsmiddel was. De vraag of sprake was van ondernemingsvermogen, privévermogen of keuzevermogen was dan ook niet meer van belang. De Hoge Raad week echter af van de mening van de rechtbank en het hof. Volgens de hoogste rechter was een huurrecht een vermogensrecht en daarmee aan te merken als bedrijfsmiddel. De rechter stelde dat de ondernemer daarom het huurrecht mocht etiketteren als ondernemingsvermogen. Dit had tot gevolg dat de ondernemer het gehele bedrag van de huur mocht aftrekken. Daartegenover vond dan wel nog een bijtelling plaats voor het privégebruik van de woning.
Staatssecretaris Wiebes van Financiën heeft aangegeven dat hij geen aanleiding ziet om de wet aan te passen naar aanleiding van dit arrest.
Hoge Raad, 12 augustus 2016, ECLI (verkort): 1899