Belangrijke gevolgen van de BTW-verhoging

Het BTW-tarief wordt met ingang van 1 oktober 2012 verhoogd van 19% naar 21%. Het lage BTW-tarief blijft 6%. Dit is één van de crisismaatregelen van het Lenteakkoord. De verhoging van de BTW heeft niet alleen budgettaire gevolgen, maar ook administratieve gevolgen. Waarschijnlijk zal het overgangsrecht gaan gelden. Dit was namelijk ook het geval in 2001, toen de BTW werd verhoogd van 17,5% naar 19%.

De tariefsverhoging brengt enige rompslomp met zich mee. Zo moet u rekening houden met de facturatie en ook het boekhoudpakket moet u aanpassen aan de BTW-verhoging naar 21%. Daarnaast zijn er een aantal aandachtspunten waar u op moet letten als het hogere BTW-tarief ingaat:

  • U kunt, indien overeengekomen, vooruit factureren tegen het nieuwe tarief. Factureert u vooruit, dan moet u de omzet in rubriek 1c (overige tarieven behalve 0%) op het biljet aangeven. Vindt de levering of dienst plaats na 1 oktober, dan is het nieuwe tarief van toepassing.
  • Verricht u een levering of dienst voor de tariefsverhoging, maar factureert u na 1 oktober 2012, dan mag u het huidige tarief toepassen.
  • Is er sprake van doorlopende prestaties die u periodiek factureert en die zowel de periode voor als na de tariefsverhoging bestrijken, dan is in principe het nieuwe tarief op de gehele vergoeding van toepassing. Het is voor doorlopende prestaties wel toegestaan de afrekenperiode te splitsen. U kunt dan 19% BTW rekenen tot 1 oktober 2012 en 21% BTW na 1 oktober 2012.
  • Als u een auto geleverd krijgt, zorg er dan voor dat het kenteken voor 1 oktober 2012 afgegeven wordt. Na 1 oktober is de levering namelijk belast tegen 21%.