Vrije bewijsleer voor toepassen reisaftrek
Voor het toepassen van de reisaftrek in de inkomstenbelasting moet u in principe bewijs kunnen leveren. Recent heeft staatssecretaris Wiebes van Financiën goedgekeurd dat voor de reisaftrek de vrije bewijsleer geldt. Het is daardoor dus ook mogelijk om op een andere manier bewijs te leveren dan alleen met plaatsbewijzen of overzichten van transacties.
Betaalt u zelf uw reiskosten naar het werk, dan komt u in aanmerking voor de reisaftrek. Hiervoor is vereist dat de enkele reis van uw woning naar het werk met het openbaar vervoer meer dan tien kilometer bedraagt. Binnen 24 uur moet u heen- en terugreizen. Per week reist u meestal één dag of meer naar uw werk. In een kalenderjaar gaat het om minimaal veertig dagen naar dezelfde werkplek. De hoogte van de reisaftrek is afhankelijk van de afstand tot uw werk en het aantal dagen per week dat u die reis maakt.
Voorwaarden voor toepassing vrije bewijsleer reisaftrek
In een besluit van 20 mei 2014 heeft de staatssecretaris goedgekeurd dat de vrije bewijsleer geldt voor de reisaftrek. U moet dan wel aan de volgende voorwaarden voldoen:
- U kunt een reisverklaring van de werkgever overleggen waaruit het reispatroon van het afgelopen jaar blijkt.
- U moet aannemelijk maken dat de reizen ook daadwerkelijk zijn gemaakt. Dit is bijvoorbeeld mogelijk met betalingsbewijzen voor de OV-chipkaart of met de reisgegevens.
U kunt om een herbeoordeling van uw aangifte vragen als de reisaftrek over 2011 en 2012 is gecorrigeerd, omdat u de reisgegevens niet kon aanleveren. De inspecteur zal de reisaftrek dan nogmaals beoordelen en houdt daarbij rekening met deze goedkeuring.