Tarieven inkomstenbelasting en loonbelasting 2019 definitief
Op 18 december 2018 is het Belastingplan 2019 afgehamerd door de Eerste Kamer. Hiermee zijn de schijflengtes en percentages die in het nieuwe jaar gelden voor de loon- en inkomstenbelasting definitief gemaakt.
De Eerste Kamer heeft het Belastingplan 2019 aangenomen. Daarmee staan nu ook de tarieven van de inkomstenbelasting (tool) voor 2019 vast. Hierin is de eerste stap gezet naar een zogenoemd tweeschijvenstelsel. Vanaf 2021 zijn er nog maar twee belastingschijven over, terwijl dat er nu nog vier zijn. De bedoeling is dat werken uiteindelijk lonender zal zijn.
Tarieven groeien naar elkaar toe
In 2019 laat het kabinet de tarieven al naar elkaar toe groeien. Het tarief in de huidige eerste schijf stijgt van 36,55% naar 36,65%, de tarieven in de tweede, derde en vierde schijf dalen juist. Het tarief in de tweede en derde schijf gaat van 40,85% naar 38,10%. Het tarief in de vierde schijf daalt van 51,95% naar 51,75%. In onderstaande tabel vindt u de tarieven voor 2019.
Kabinet bevriest beginpunt voor toptarief
Het kabinet bevriest het beginpunt van de hoogste tariefschijf tot 2021. Deze inkomensgrens groeit normaal gesproken mee met de inflatie, maar het beginpunt blijft van 2018 tot en met 2021 op € 68.507 liggen.