Soms bijverdiengrens voor student of mbo’er
Als uw organisatie studenten of scholieren in dienst neemt, is het verstandig om hen erop te wijzen dat ze niet altijd onbeperkt mogen bijverdienen zonder consequenties voor hun studiefinanciering.
Veel organisaties nemen in de zomerperiode studenten of scholieren aan ter vervanging van de vaste werknemers die met vakantie gaan. Deze vakantiekrachten hebben in de meeste gevallen recht op een studielening of studiefinanciering. Verdienen ze te veel, dan moeten ze die stopzetten. Bij welk bijverdienbedrag dat moet, verschilt per opleidingsniveau en per stelsel voor de studiefinanciering.
Voor drie groepen is bijverdiengrens van belang
Voor drie groepen werknemers is in 2017 de bijverdiengrens van belang:
- mbo’ers onder de 18 met een zogenoemd studentenreisproduct;
- mbo’ers van 18 jaar of ouder die studiefinanciering ontvangen;
- hbo’ers en wo’ers met studiefinanciering volgens het oude stelsel voor het hoger onderwijs.
Deze groepen werknemers mogen in 2018 op jaarbasis maximaal € 14.456 (2017: € 14.215,75) bijverdienen. Het gaat daarbij om het verzamelinkomen of belastbaar loon. Ook inkomsten buiten Nederland tellen mee.
Geen bijverdiengrens voor nieuwe stelsel
In het hoger onderwijs bestaan twee stelsels voor studiefinanciering naast elkaar: het oude stelsel (met een basisbeurs, eventuele aanvullende beurs en lening) en het nieuwe stelsel (zonder basisbeurs). Studenten in het hoger onderwijs die volledig in het nieuwe stelsel vallen, hoeven geen rekening te houden met de bijverdiengrens.