Opletten met omzetgrens bij BTW-regeling kleine ondernemers
Ondernemers die vanaf 2020 de nieuwe BTW-regeling voor kleine ondernemers willen gebruiken moeten opletten dat ze gedurende het jaar niet door de omzetgrens schieten. In dat geval moeten zij namelijk drie jaar wachten tot ze de regeling weer kunnen gebruiken, zo heeft het kabinet laten weten.
De huidige kleineondernemersregeling (KOR) is een lastenverlichting voor ondernemers die jaarlijks minder dan € 1.883 aan BTW hoeven af te dragen. Zij zijn bijvoorbeeld vrijgesteld van het voldoen aan de factuureisen voor de BTW (tool) en hoeven ook geen aangifte te doen.
Drie jaar vast aan keuze voor regeling
Die vrijstellingen blijven ook bestaan onder de nieuwe regeling, die vanaf 2020 moet gaan gelden. Alleen is dan niet meer het bedrag aan BTW doorslaggevend, maar de jaarlijkse omzet van een ondernemer. Tot een omzet van € 20.000 aan omzet kunnen ondernemers (maar in tegenstelling tot nu ook bv’s, stichtingen en verenigingen) de ‘nieuwe KOR’ aanvragen. Ondernemers die de KOR nu al gebruiken gaan in principe automatisch over naar de nieuwe regeling, zo blijkt uit antwoorden van het kabinet op diverse vragen vanuit de Tweede Kamer (pdf).
Met de antwoorden komt er weer meer duidelijkheid over hoe de nieuwe regeling in de praktijk moet gaan werken. Zo is vastgelegd dat een ondernemer die eenmaal voor de regeling kiest, daar ook drie jaar aan vast zit. Een ondernemer die uit de regeling stapt, mag de regeling ook drie jaar niet aanvragen.
Verplicht melden bij de Belastingdienst
Een ondernemer die gedurende het jaar boven de omzetgrens van € 20.000 uitkomt, moet zich verplicht melden bij de Belastingdienst. Hij moet vanaf dat moment weer voldoen aan alle administratieve verplichtingen. En dat is dan niet voor korte tijd, blijkt uit de antwoorden van het kabinet. Deze ondernemer moet namelijk dan ook weer drie jaar wachten voor hij de vrijstellingen weer kan aanvragen. Ondernemers die koste wat het kost weg willen blijven bij de BTW-papierwinkel moeten dus gedurende het jaar goed op hun omzet letten.
Het vervallen van de vrijstelling geldt niet met terugwerkende kracht. Dus stel dat de ondernemer in oktober 2020 de omzetgrens doorbreekt, dan gelden de BTW-verplichtingen pas weer vanaf dat moment. Dit betekent ook dat startende ondernemers niet met terugwerkende kracht vrijgesteld worden. Zij moeten dus minstens vier weken vóór de start van hun activiteiten de regeling aanvragen, anders zijn ze niet vanaf het begin vrijgesteld van de BTW-verplichtingen.
Mogelijkheid om jaarlijks BTW-aangifte te doen vervalt
Het kabinet erkent dat het lastig kan zijn om de omzet te voorspellen, maar stelt dat er met het oog op de duidelijkheid is gekozen voor een harde grens. Ondernemers kunnen de regeling overigens ook aanvragen als zij in het jaar ervoor meer dan € 20.000 omzet hebben gedraaid. Maar als de omzet in het jaar ervoor heel veel hoger is geweest dan € 20.000, kan dat voor de fiscus een reden zijn om de regeling te weigeren. De genoemde duidelijkheid is ook de reden dat de mogelijkheid om één keer per jaar BTW-aangifte te doen vervalt. Om het voor de Belastingdienst werkbaar te houden is er ‘behoefte aan een kortere aangiftetermijn’, schrijft het kabinet.