Ook gebruikelijk loon voor Belg
Bent u een in België wonende directeur-grootaandeelhouder (dga) met een Nederlandse bv, dan moet u voor de hoogte van uw salaris rekening houden met het gebruikelijk loon. Het nieuwe verdrag Nederland-België uit 2001 staat namelijk toepassing van de gebruikelijk loonregeling toe ten aanzien van een inwoner van België. Dit heeft het gerechtshof in ’s-Gravenhage recent bepaald.
In deze zaak ging het om een in België wonende dga met een orthodontistenpraktijk in Nederland. De dga verrichtte in 2003 werkzaamheden in Nederland, maar hield hierbij geen rekening met het gebruikelijk loon. De inspecteur merkte dit op tijdens een boekenonderzoek en legde een naheffingsaanslag op aan de Nederlandse bv. Op basis van het verdrag Nederland-België van 2001 vond de inspecteur namelijk dat het gebruikelijk loon van toepassing was. Hij stelde het gebruikelijk loon vast door de afroommethode toe te passen. Bij deze methode wordt het loon van de dga bepaald door de opbrengsten van de bv te verminderen met de kosten, lasten en afschrijvingen van de bv. De afroommethode is mogelijk als de opbrengsten van de bv bijna volledig voortkomen uit de werkzaamheden van de dga. De dga was het hier niet mee eens en vond dat het gebruikelijk loon niet van toepassing was. Het gerechtshof moest zich hier nu over uitspreken.
Afroommethode toepassen
De rechter gaf aan dat de gebruikelijk loonregeling duidelijk aan bod was gekomen bij de totstandkoming van het verdrag Nederland-België in 2001. Hieruit bleek dat het verdrag wel degelijk van toepassing was op het gebruikelijk loon in Nederland. Volgens het gerechtshof mocht Nederland dus het gebruikelijk loon toepassen op een in België wonende dga van een Nederlandse bv. De inspecteur mocht daarbij de afroommethode gebruiken om het salaris van de dga te bepalen. De naheffingsaanslag bleef dus in stand.
Gerechtshof ’s-Gravenhage, 25 maart 2011, LJN: BP9979