Al BTW-ondernemer bij op eigen naam naar buiten treden
Ondanks het feit dat iemand alleen maar ondersteunende werkzaamheden verricht en geen hoofdwerkzaamheden in zijn onderneming, kan deze persoon toch ondernemer voor de BTW zijn. Voldoende is dat diegene naar buiten toe treedt onder de eigen naam.
Het ging in deze zaak om een belastingadviseur die zelf een eenmanszaak had maar ook met zijn echtgenote firmant was in twee vennootschappen onder firma’s. De vrouw had daarnaast ook nog een eenmanszaak. De adviseur verrichtte echter bijna alle werkzaamheden voor deze onderneming van zijn echtgenote. Bij het boekenonderzoek dat had plaatsgevonden bij de onderneming van de vrouw had hij ook aangegeven dat hij eigenlijk de eenmanszaak van zijn vrouw was. Medewerkers van de Belastingdienst die de zaak belden met fiscale vragen werden door de vrouw ook meteen doorverwezen naar haar man. De discussie met de fiscus spitste zich toe op de vraag of de vrouw wel of geen ondernemer was voor de BTW (tool).
Aansprakelijkheid voor alle rechtshandelingen
Hof Den Haag stelde dat doorslaggevend is voor de vraag of iemand ondernemer voor de BTW is, hoe de vrouw zich presenteert aan de buitenwereld. Zij trad als eigenaar van het kantoor naar buiten toe en verrichtte ook werkzaamheden voor haar onderneming. Daarnaast stond zij ingeschreven in het Handelsregister (tool) en was daardoor ook aansprakelijk voor alle rechtshandelingen die het kantoor verrichtte. Dat haar man alle hoofdwerkzaamheden (aangiften enz.) en zij alleen de ondersteunende werkzaamheden (telefoon aannemen) deed was hierbij niet relevant. Het hof vond dan ook dat zij gewoon ondernemer voor de BTW was. De Hoge Raad sloot zich aan bij deze motivering zonder verdere aanvulling te doen op de uitspraak van het hof. De adviseur kreeg dus gelijk en de naheffingsaanslagen voor de BTW gingen van tafel.
Hoge Raad 23 maart 2018, ECLI (verkort): 400