Aanpassen voorlopige aanslag voorkomt rente
Betaalt u de aanslag inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting niet op tijd, dan kunt u te maken krijgen met belastingrente. U kunt deze belastingrente voorkomen door tijdig een aanvullende voorlopige aanslag aan te vragen.
In het bericht ‘Extra heffing of lagere teruggaaf over 2014’ kon u lezen dat de Belastingdienst bij het vaststellen van de voorlopige aanslag 2014 niet met de meest actuele bedragen rekening heeft kunnen houden. Grote kans dat u daardoor nog belasting moet bijbetalen. Krijgt u de aanslag inkomstenbelasting 2014 pas na 30 juni 2015, dan rekent de fiscus belastingrente over de periode tussen 1 juli 2015 en de dagtekening van de aanslag plus zes weken. Voor de inkomstenbelasting bedraagt die rente 4%. U voorkomt dit door de aangifte inkomstenbelasting vóór 1 april in te dienen (ook al heeft u tot 1 mei de tijd). Lukt dat niet, dan is het verstandig om vóór 1 mei om een aanvullende voorlopige aanslag te verzoeken. De Belastingdienst garandeert dan dat u vóór 1 juli een nieuwe voorlopige aanslag in de bus krijgt.
Aanvullende voorlopige aanslag bij groot verschil
De heffing van belastingrente speelt ook een rol bij uw aanslag vennootschapsbelasting. Het percentage van de belastingrente is daarbij veel hoger en ligt per 1 maart op 8,05%. Voor de berekening van de belastingrente geldt dezelfde periode als bij de aanslag inkomstenbelasting. Heeft u een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting 2014 ontvangen, controleer dan goed of die overeenkomt met de werkelijke belastbare winst over 2014. Bij een (groot) verschil kunt u het beste vóór 1 mei verzoeken om een aanvullende voorlopige aanslag. U voorkomt dan de betaling van belastingrente.